15. De anderhalvemeter economie (1) / La economía del metro y medio (1)


La traducción a español se encuentra al final de la carta en holandés.

Beste Driftkikker,

Er was eens een informeel overleg tussen de spaanse president González, de Franse president Mitterrand en de Duitse president Kohl. De drie werden erg bevriend met elkaar in een tijd dat de Sociaaldemocratie in Europa regeerde. Felipe González vertelde een grap en de tolken barstten in lachen uit. Toen het lacht stopte, Gonzalez zei tegen de tolken: "veel succes met de vertaling". En toen Mitterrand en Kohl zich tot hun tolken wendden om te weten waar het over ging, vertelden ze hen: "President González heeft een zeer grappige maar onvertaalbaare grap verteld. Hetzelfde gebeurde met de paddenstoelen en de Rolex. Sommige grapjes vallen niet te vertallen.

Vanmorgen ben ik, zoals elke zaterdag, met mijn vrouw gaan fietsen. Mijn vrouw heeft een elektrische fiets en ik een hybride fiets. Normaal gesproken fietsen wij een rondje rond het dorp, een uurtje gezelig rijden op een plat landschap. Maar vandaag hebben wij besloten een paar vrienden te bezoekendie we sinds de opsluiting niet meer hebben gezien.

Zoals ik je in een vorige brief vertelde, hebben wij hier een intelligente opsluiting. Dat stelt ons in staat om mensen te ontmoeten buiten onze familie, zolang we maar anderhalve meter afstand houden. Zoals jij weet, in Nederland, is het doel van afstand houden niet zozeer de pandemie te stoppen (aangezien het wordt aangenomen dat deze niet kan worden beheerst), maar om te voorkomen dat het aantal te redden zieken de capaciteit van de zorg overschrijdt. Ik veronderstel dat ze je in Spanje een ander verhaal vertellen. Bijna niemand vraagt hier om strengere opsluiting, omdat is geconcludeerd dat het nutteloos is, de civiele rechten van de burgers schendt, en de economie enoorm schaadt.

Op weg naar het huis van mijn vriend moeten we een heuvel beklimen die De Utrechse Heuvelrug heet. Het is niet de Alpe d´Huez (wij zijn in Nederland) maar ik ben, vanwege de opsluiting beslist niet in top vorm, dus, mijn vrouw moest mij af en toe een zetje geven.

En terwijl ik puffend de heuvel opging, had ik een allegorie op de betrekkingen tussen Zuid- en Noord-Europa. Zoiets als: "Ik zie dat je het verdomd moeilijk hebt maar verwacht niet dat ik je mijn fiets leent want jij bent geen invalide en je had kunnen trainen."

Voordat wij naar onze vrienden gingen, hebben wij wat boodschappen gedaan. Wij blijven zoals altijd, de detailhandel en boeren in het gebied steunen. Het kan nog en is nu belangrijker dan ooit. Wij zien dat terwijl de kleine ondernemer kapot gaat, de grote internet verkopers zoals Amazon en Alibaba of bol.com maar ook de supermarkten (die verkopen meer nu dan met Kerst) de grote profiteurs van het coronavirus zijn. De visboer, de kruidenier, de bakker, de decoratiewinkel, de schoenwinkel, de schoenmaker, de pluinveehouderij, de melkboer... ze hadden het altijd moeilijk maar het coronavirus kan hen definitief de nek omdraaien. Vorige week ging de speelgoedwinkel dicht en het nieuwe winkel op de Dorpstraat is de begrafenisondernemer. Wat een ironie! Dus, zolang het kan, zullen wij doorgaan met kopen bij lokale winkels, ook al kost het ons iets meer.

En dit bezoek aan de winkels geeft mij de gelegenheid om je te vertellen over de "anderhalvemeter economie". In Nederland zijn tal van gemengde groepen van politici, journalisten, zakenmensen, deskundigen en ambtenaren bezig met het zoeken naar oplossingen voor de problemen die het coronavirus voor de economie en de samenleving veroorzaakt. Een totale stop van de economie zou zelfmoord zijn, dus todat wij beter weten wat te doen met het virus, moeten wij uitvinden hoe we de economie een beetje kunnen laten bliven draaien, zodat de daling van het BBP niet tot een ramp leidt.

In deze groepen wordt nagedacht in welke sectoren de anderhalvemeter afstand kan gehouden worden en in welke niet. In een vorige brief vertelde ik over wat de winkels doen maar nu wil ik het hebben over cultuur, bouw en onderwijs.

Onderzocht wordt hoe een bioscoop of een theater of de opera of een voetbalstadion eruit zou zien waarbij de anderhalvemeterregel toegepast wordt. En het is duidelijk dat het nodig zou zijn minstens drie lege stoelen tussen de toeschouwers te laten bestaan (tenzij ze familie zijn want in dat geval kunnen zij samen zitten) en ook minstens een rij vrijhouden om afstand te houden ook met de mensen die voor en achter zitten. En de toeschouwers moeten ook in de juiste volgorde naar binnen en naar buiten gaan. Na het toepassen van algoritmen is het resultaat dat een normale bioscoop maar een vijde van de totale capaciteit kan benutten. Niet genoeg maar dit inkomen betekent minder uitkeringen en alle beetjes helpen. Onderstaande afbeelding is eigendom van NOS.


Hoe gaan wij werken in de bouw? Dat wordt ingewikkeld. Vandaag heb ik een groep metselaars gezien die een oud restaurant verbouwen om een huis van te maken. Als alle metingen worden gedaan met de precisie dat zij de anderhalvemeter ruimte aanhouden, zal dit huis niet goed worden. En dat zonder maskers. Ik zeg niet dat wij de bouwvakkers als virologen moeten aankleden maar zo kan jij ook niet werken. Volgende week heb ik bouwakkers thuis. Ik zal je vertellen hoe het gaat.

In een andere brief zal ik verder vertellen over het bezoek aan mijn vrienden en de anderhalvemeter economie. Ik heb besloten mijn brieven te beperken tot niet meer dan 1000 woorden niet zozeer omdat het voor jou te veel wordt om te lezen maar omdat het te veel voor mij wordt om te vertalen.

Ik hou nog steeds van jou. Warme groeten


Angel.



Querido Cascarrabias,


En una ocasión, el presidente español González estaba reunido con el presidente francés Mitterrand y el presidente alemán Kohl. Los tres se hicieron muy amigos en el periodo en que la socialdemocracia reinaba en Europa. González contó un chiste y los dos interpretes se descojonaron de la risa. Y cuando acabaron de reír, Gonzalez dijo. "Y ahora a ver cómo se lo traducís a estos". Y cuando Mitterrand y Kohl se volvieron a sus interpretes para ver de qué se trataba, estos les dijeron: "el presidente González ha contado un chiste, intraducible, pero muy gracioso". Eso mismo me ha pasado con las setas y los Rolex. Algunos chistes viajan mal.

Esta mañana, como todos los sábados, fuí a dar una vuelta en bicicleta con mi esposa. Ella tiene una bicicleta eléctrica y yo una bicicleta híbrida. Habitualmente hacemos una ronda de una hora en los alrededores del pueblo, un recorrido casi completamente plano. Sin embargo, esta mañana decidimos visitar a unos amigos a los que no veíamos desde que empezó el confinamiento. 

Como te he contado en una carta anterior aquí tenemos un confinamiento inteligente. Eso nos permite interactuar con personas de fuera de nuestra familia siempre que mantengamos metro y medio de distancia. El objetivo del distanciamiento social en los Países Bajos, como sabes, no es detener la pandemia (pues se considera que ya es tarde para eso) sino prevenir que el número de casos tratables supere la capacidad de los servicios sanitarios. Supongo que en España os están contando otra historia. Ya casi nadie pide un confinamiento más estricto, pues se ha llegado a la conclusión de que no sirve para nada y daña enormemente la economía y los derechos civiles de los ciudadanos.

De camino a la casa de mi amigo, tenemos que escalar una elevación llamada "De Utrechse Heuvelrug" que no es precisamente L´Alpe d´Huez, que estamos en los Países Bajos , pero como con esto del confinamiento estoy completamente fuera de forma, mi mujer, montada en su bicicleta eléctrica, me tuvo que dar un empujoncito de vez en cuando.

Y mientras resoplaba subiendo la cuesta, ví que aquello era una alegoría de las relaciones entre el Norte y el Sur de Europa. Algo así como "veo que las estás pasando canutas, así que te daré un empujón de vez en cuando pero no me pidas la bicicleta eléctrica, que no eres un inválido y podrías haber entrenado mejor".

Antes de ir a nuestros amigos, fuimos de compras. Nosotros, como siempre, seguimos apoyando al comercio al por menor y a los agricultores de la zona. Todavía se puede hacer y es más importante que nunca. Vemos que, mientras los pequeños empresarios sufren lo indecible, Amazon, Alibaba o Bol.com pero también los supermercados, que han vendido este mes más que en Navidad, se están forrando con el coronavirus). El pescadero, la tienda de alimentación ecológica, el panadero, la tienda de decoración, la zapatería, la granja avícola, la vaquería... todos experimentaban dificultades antes del coronavirus y esto puede darles la puntilla por lo que necesitan más apoyo que nunca. La semana pasada nos quedamos sin juguetería y la nueva tienda de Dorpstraat (calle principal del pueblo) es la funeraria. ¿No es un sarcasmo?. Así que, mientras se pueda, seguiremos comprando al comercio minorista, aunque nos cueste un poco más.

Y esta visita a las tiendas me da la oportunidad de hablarte de la "economía del metro y medio". En los Países Bajos hay numerosos grupos mixtos de políticos, periodistas, empresarios, expertos y funcionarios en busca de una solución para los problemas que el coronavirus está ocasionando a la economía. Un parón total en la economía sería un suicidio social, así que mientras no se sepa que va a pasar con el virus, tenemos que inventarnos algo para que la economía social funcione un poco, respetando el distanciamiento social, para que la caída del PIB no sea un completo desastre.

Y en esos grupos se anda pensando en qué sectores es posible el distanciamiento social y en qué sectores no. En una carta anterior te hablé de lo que hacen en las tiendas, pero ahora me referiré a otros sectores como el de la cultura, la construcción o la enseñanza.

¿Qué ocurriría en un cine o un teatro o la ópera o en un estadio de balompié en que se aplicase la regla del metro y medio? Pues que sería necesario dejar, al menos, tres asientos vacíos entre espectadores (salvo que sean familia, en cuyo caso, podrían sentarse juntos) y además, dejar una fila entre ellos (o establecer una disposición en zigzag) para que la distancia también se guarde con los de atrás y los de delante. Y los espectadores deberían entrar y salir en orden para no acercarse los unos a los otros. Después de aplicar algoritmos, el resultado es que en el cine cabrían una quinta parte de la capacidad total del cine. No es mucho, pero ese ingreso supone que el gobierno tendrá que pagar menos subsidios y es mejor que nada.

¿Y cómo vamos a trabajar en la construcción? Ahí están las cosas complicadas. Hoy, por ejemplo, he visto una cuadrilla de albañiles que están reformando un antiguo restaurante argentino (otro que dobla el pico) para transformarlo en viviendas. Si todas las mediciones las hacen como miden el metro y medio que guardan entre ellos, esa obra no puede salir bien. Y sin mascarillas ni nada. No sé si habrá que forrar a los albañilies como si fueran virólogos pero así no se puede trabajar. Dentro de dos semanas tengo albañiles en casa. Ya te contaré cómo lo hacen.

Otro día te contaré más de esta visita a mis amigos y la economía del metro y medio. He decidido que mis cartas no tendrán más de mil palabras, no tanto porque piense que es mucho leer para tí sino porque es mucho traducir para mí.

Te sigo queriendo. Un abrazo.


Angel.

No comments:

Post a Comment